Kortom, de meeste bierbeoordelingen zijn gebaseerd op hoe goed het bier de stijlcategorie waarin het is ingedeeld vertegenwoordigt.
Deze aspecten van het bier worden geëvalueerd om te zien of ze overeenkomen met wat verwacht wordt voor de stijl:
- uiterlijk: kleur / schuim / helderheid
- aroma: mout / hop / gist / esters
- mondgevoel: lichaam / carbonatatie
- smaak: veel hier - zie hieronder
- nasmaak: smaken en aroma’s die blijven hangen nadat het bier is geslikt
- algemene indruk: drinkbaarheid
Al deze punten worden geëvalueerd met betrekking tot wat verwacht wordt voor de stijl, en de toegekende punten. Het bier mag dan wel perfect drinkbaar zijn, maar wordt wel afgekeurd omdat het niet past bij de stijl. Bijvoorbeeld, een hefeweizen die donker is, verliest punten voor het uiterlijk omdat het lichtgekleurde bieren per stijl zijn.
Beoordelingsvellen hebben vaak een lijst van smaakbeschrijvingen. Sommige smaken zijn slecht voor elk bier, zoals rubber, samentrekkend, zeepachtig, terwijl andere al dan niet als fouten kunnen worden beschouwd, afhankelijk van de stijl. Zo is bijvoorbeeld fruitigheid in een Engels biertje zeer gewenst, maar niet in een pils, net zo weinig diacetyl in een Stout is aanvaardbaar, maar niet in een Hefeweizen.
Het BJCP-scoresblad geeft een werkend voorbeeld van de aantekeningen die een bierrechter maakt.